Tijd om de juiste keuzes te maken in de energiesector

We hebben een aantal verkeerde keuzes gemaakt waardoor de ontwikkeling naar een duurzame, betaalbare en betrouwbare energievoorziening in gevaar is. Het is daarom tijd deze te onderkennen en hier als politiek nu de wel juiste keuzes te maken.

Heeft de liberalisering van de energiemarkt gebracht wat we er van verwachtten?

Ik zal daarom eerst kort terugblikken op de liberalisering, daarna de positieve en negatieve gevolgen analyseren en ten slotte geef ik een advies over de keuzes die de politiek moet maken.

In 2004 werd onder aanvoering van minister Brinkhorst de energiemarkt voor de levering en transport van energie aan Nederlandse huishoudens definitief vrijgegeven. Daarmee konden huishoudens voortaan zelf hun energieleverancier kiezen en waren ze niet langer gebonden aan hun regionale energiebedrijf. Kort hierop, in 2007, werd de Splitsingswet doorgevoerd waarmee energiebedrijven hun netwerkactiviteiten moesten afsplitsen van hun leveranciersactiviteiten. Hiermee waren we in Europa het beste jongetje in de klas. De meeste andere landen hebben dit namelijk tot de dag van vandaag nog steeds niet gedaan.

De liberalisering van de energiemarkt heeft absoluut positieve gevolgen gehad. Deze zijn met name te vinden in de consumentensector van de markt. De energiemarkt is in drie delen op te splitsen: productie, transport en levering van energie (de consumentensector). In dit deel van de energiemarkt heeft de afgelopen jaren een toename aan concurrentie plaatsgevonden. Naast de bekende namen zoals Essent en Nuon zijn nieuwe bedrijven zoals Greenchoice, Nederlandse Energie Maatschappij en Energiedirect de afgelopen jaren belangrijke spelers in de markt geworden. Als klant heb je tegenwoordig vrije keuze van energieleverancier en mensen stappen daarom steeds vaker over. Het gevolg hiervan is dat er grote efficiëntieslagen zijn gemaakt, de service voor klanten is verbeterd en dat uiteindelijk de prijzen zeer concurrerend zijn geworden. De gas- en elektriciteitsprijzen voor consumenten zijn de afgelopen jaren nog maar nauwelijks gestegen en de winstmarges voor energieleveranciers staan op dit moment zeer onder druk.

Naast de consumentensector, is echter ook de productiesector van de energiemarkt geliberaliseerd. Dit is een verkeerde keuze geweest. Hierdoor is namelijk een aantal van onze grootste en belangrijkste elektriciteitscentrales, die van Nuon en Essent, in buitenlandse handen gevallen.  Deze centrales zijn de motor van onze maatschappij en daarmee van uiterst strategisch nationaal belang. Gelukkig hebben we zowel goede betrekkingen met Zweden en Duitsland, maar stel je voor dat het niet RWE of Vattenfall, maar het Russische Gazprom was geweest dat Essent of Nuon had overgenomen. Rusland had ons nu eenvoudig een toontje lager kunnen laten zingen, in casu diplomaten of LGBT’s. Daarbij zijn de financiële situaties van RWE en Vattenfall op dit moment niet gezond en is het daarom denkbaar dat deze Nederlandse centrales opnieuw in andere handen komen te vallen. Zo staat Nuon al te koop aangeboden.

De internationalisering van deze sector heeft daarnaast ook niet geleid tot lagere kosten. De schaalvoordelen die je behaalt door centrales in meerdere landen te bezitten zijn namelijk marginaal. Een van de redenen hiervoor zijn de fysieke beperkingen van productie en transport van elektriciteit. Zo zal het bouwen van een supercentrale in China, waarmee je al je klanten in Europa kan bedienen, nooit een reële optie zijn. Zoiets als de H&M voor elektriciteit behoort daarmee niet tot de mogelijkheden.

Naast deze geopolitieke overwegingen en beperking van schaalvoordelen, speelt ook de transitie naar een duurzame energievoorziening een cruciale rol in dit debat. Op dit moment is het aandeel van hernieuwbare energieopwekking slechts vier procent. Ter vergelijking, in Duitsland ligt dit percentage momenteel al op twaalf procent.  Ons doel voor 2020 is veertien procent en als we dit echt willen behalen zijn enorme investeringen nodig. Daarnaast zullen we ook steeds slimmere netwerken nodig hebben en heeft elektrisch rijden een collectieve inspanning nodig om door te breken. Deze transitie kunnen we daarom alleen succesvol maken, wanneer de overheid hierin een centrale en sturende rol op zich neemt en het lange termijn belang voor het korte termijn belang stelt. Op dit moment is er een patstelling ontstaan tussen energieproducenten en regionale netwerkbedrijven en staan we daarmee als samenleving stil in de transitie naar een duurzame energievoorziening. De liberalisering heeft hiermee absoluut niet gebracht wat we ervan verwachtten.

Concluderend kan gesteld worden dat dat de liberalisering voor een deel absoluut succesvol is geweest, maar dat er ook een aantal verkeerde keuzes zijn gemaakt die ons op dit moment in de weg staan in de transitie naar een duurzame, betrouwbare en betaalbare energievoorziening. Mijn advies is daarom om de kern van onze energievoorziening, namelijk de productie en het transport, te centraliseren en weer terug in handen van de overheid te brengen. Hierdoor halen we een strategisch onderdeel van de economie terug waar het hoort en kunnen we eindelijk de stappen zetten waarmee we leidend kunnen worden op het gebied van duurzaamheid, innovatie en werkgelegenheid. Weg van privatisering, terug naar energiebedrijven in overheidshanden.


Wiek Kleijne avatar

Deel Dit ARtikel

Verder Lezen?