Dr. Meijers op bezoek bij JongWBS #Nieuwegeneratieexperts

Op donderdag 20 oktober 2016 mochten JongWBS en de Jonge Socialisten Utrecht dr Meijers verwelkomen. Dr. Meijers was uitgenodigd door JongWBS om te spreken over zijn onderzoek naar populistische partijen in Europa en het effect van deze populisten op Europese besluitvorming bestaande politieke volkspartijen en de Europese burgers. Onderstaande tekst is een korte samenvatting een aantal zaken die tijdens de bijeenkomst ter sprake zijn gekomen.

De stelling die als eerste wordt geponeerd is er een van de Ierse onderzoeker Peter Mair, namelijk dat oppositie er altijd zal zijn. Oppositie tegen de status quo zal zichzelf altijd manifesteren, ook al is er geen ruimte voor in een bestaand systeem. Hoe manifesteert de oppositie zich dan op het Europese vlak?

Ten eerste is een onderscheid te maken tussen populistisch rechts en populistisch links. De rechtse populisten kunnen grofweg ingedeeld worden in de groep etnonationalisten die de eigenaardigheiden van hun cultuur bedreigt zien door het Europese project. De linkse groep populisten valt ruwweg in te delen in een groep zogenaamde civic nationalisten die de natiestaat via het sociaal contract als de enige gemachtigde mogendheid zien om de burger te beschermen tegen bijvoorbeeld de krachten van globalisering.

Ten tweede valt de vraag of deze partijen belangrijk zijn. Het antwoord hier op is ja: zelfs als de partij niet in de regering zit fungeert ze ten minste als agendasetter (zowel de linkse als de rechtse populisten). Het is tot nu toe niet heel vaak voorgekomen dat populisten na electorale winst ook daadwerkelijk in de regering komen. Soms gebeurt dit wel, of vormen ze gedoogconstructies met centrumpartijen die de regering vormen na verkiezingen.

Ten derde is het interessant om te kijken hoe de centrumpartijen reageren op deze populisten. Het interessante hieromtrent is dat centrum rechtse partijen laten zich vaak beïnvloeden door de rechtse populisten door meer naar hun standpunten op te schuiven uit angst het centrumrechtse electoraat kwijt te raken. Echter, centrumlinkse partijen laten, zo blijkt, zich ook leiden door rechtse populisten door meer naar de rechtspopulistische standpunten op te schuiven.

De centrumlinkse partijen proberen altijd de belangen van de arbeidersklasse en de hoger opgeleiden met elkaar te verenigen, maar hier zijn in het Europese speelveld een aantal verschuivingen te zien. Hoewel het linkse electoraat zich vaak terdege bewust is van haar belangen en de partijen die deze willen behartigen, wordt er weinig voor de (centrum)linkse partijen gestemd, en geregeld de stem aan een anti-Europese partij gegeven, ook tegen de eigen belangen in. Een van de verklaringen hiervoor is dat de centrumpartijen het niet voor elkaar lijken te krijgen om oppositie te voeren tegen de globale richting in welke de Unie zich lijkt te voegen.

Het Europese Parlement houdt zich vanwege haar beperkte mandaat maar marginaal bezig met de grote lijnen van de Unie. De Unie zelf ontwikkeld zich door doormodderen als een soort staat onder leiding van de Europese Commissie en de Europese Raad.

Het gevolg is dat het er op lijkt dat de Commissie en de Raad de routeplanner met elkaar bespreken en dat het Parlement om de achterbank van de auto mee mag praten over welke rustmomenten er worden ingelast. Een goed voorbeeld hiervan is de links populistische partij Syriza die in Griekenland aan de macht kwam en geen gehoor vond bij haar Europese collega’s waar het aankwam op alternatieve visies op economische vooruitgang. Het deed er niet eens zoveel toe of de visie van Syriza gedegen was of niet, de visie lag simpelweg niet op de route die uitgestippeld was door Commissie en Raad.

Dit voorbeeld laat zien dat ook de centrumlinkse sociaaldemocraten in Europees verband vaak voor de centristische oplossing kiezen, ook al was er een alternatief dat dichter bij het eigen gedachtengoed lag. Er zijn meer voorbeelden van sociaaldemocraten binnen landen die voor toetreding tot de EU zeer skeptisch waren over de route die de EU had ingeslagen. Na de toetreding tot de EU moet echter geconstateerd worden dat ook de linkse sociaaldemocraten vaak gevangen zitten in de consensuspolitiek, en zodoende centristische oplossingen voor problemen aandragen.

Het blijkt simpelweg binnen het huidige bestel zeer moeilijk om linkse Europese politiek te bedrijven. Oplossingen moeten daarom gezocht worden in systeemveranderingen. Men kan denken aan een Eurozoneparlement, wat door haar focus bijvoorbeeld in staat kan zijn een linkse fiscale politiek te voeren. Dit geeft ook de andere Europese landen die niet aan de Euro deelnemen meer vrijheid. Een dergelijke constructie kan het “Europa van verschillende snelheden” tot gevolg hebben, maar het is helemaal niet gezegd dat dit nadelig is. In ieder geval legt dit meer bevoegdheden bij de parlementen (Eurozone, Europees en de Nationale), en dus meer ruimte voor een betere vertegenwoordiging met mogelijkheden tot het voeren van oppositie. Wellicht kunnen deze en andere nog te bedenken vormen van systeemvernieuwing een bredere basis bieden voor het wegnemen van de de onvrede van de populistische partijen, en meer mogelijkheden bieden binnen de democratische structuren om oppositie te hebben zonder dat enkel de populistische extremen opgezocht worden.

* Omdat bij JongWBS de Chatham House rule gehanteerd wordt, is dit een geanonimiseerde weergave van een aantal zaken die tijdens de bijeenkomst ter sprake zijn gekomen.


Jong WBS avatar

Deel Dit ARtikel

Verder Lezen?