Ticket naar de middenklasse

 

In zijn boek Groter Denken – Kleiner Doen betoogt Herman Tjeenk Willink dat onze democratie onderhoud nodig heeft. Wat goed en sterk is, blijft dat niet vanzelfsprekend. We mogen niet vergeten wat het sterk heeft gemaakt en wat ervoor nodig is om het sterk te houden. Hetzelfde geldt voor de Nederlandse middenklasse. Deze is sterk, maar dreigt zwak te worden. Dat komt doordat ze verdrongen wordt van de woningmarkt of zorgvuldiger geformuleerd: verdrongen wordt van überhaupt toetreden tot de woningmarkt.
In Nederland is het hebben van een eigen woning dé manier om kapitaal op te bouwen. Eigen kapitaal is geen doel op zich, maar het zorgt ervoor dat mensen minder afhankelijk zijn van politieke en economische grillen: dat ze hun eigen pad kunnen uitstippelen.
Nederlands bekendste fiscale regeling, de hypotheekrente-aftrek, en toegankelijke leningen zorgden ervoor dat leraren, verpleegkundigen en andere Nederlanders met belangrijke beroepen na enkele jaren van hard werken in aanmerking kwamen voor een koopwoning. Een stabiele toekomst voor jezelf en je kinderen kwam hiermee binnen handbereik.
Het kopen van een huis wordt voor veel hurende Nederlanders echter een utopische stap en dat is zorgelijk. Strengere hypotheekregels, een groot tekort aan betaalbare woningen, opbieden tegen vermogende (internationale) beleggingsmaatschappijen en onverwachte politieke keuzes zoals het meerekenen van de studielening in de te verstrekken hypotheek zijn hier belangrijke oorzaken van.
Voor een huis van 200.000 euro moet inclusief het vaak noodzakelijke overbieden al gauw worden gerekend op het meebrengen van 50.000 euro aan eigen kapitaal. Een bedrag dat de gemiddelde Nederlander – zonder hulp van ouders – niet even op de plank heeft liggen.
Daarnaast is een huurder per maand vaak zelfs nog meer kwijt aan vaste lasten dan een woningbezitter. Hierdoor is het ook erg lastig om dit benodigde eigen kapitaal bij elkaar te sparen. Een vicieuze cirkel dreigt. De gemiddelde huurder met een modaal inkomen is maandelijks al bijna 60% kwijt aan vaste lasten.
De vaste woonlasten van Nederlanders die al een koopwoning hebben,  zijn zowel in relatieve als in absolute zin vaak lager. Daar komt nog bovenop dat het hierbij dus ook gaat om maandelijks aflossen in plaats van huurkosten.
Ook voordelen met de hypotheekrente zijn hierin nog niet verrekend. Uiteraard vraagt een eigen huis ook om onderhoud en er is altijd kans op een (tijdelijke) waardedaling. Op de lange termijn is woningbezit echter vrijwel altijd lonend.
Het verschil in kapitaal tusssen hurende en woningbezittende Nederlanders wordt daarmee gemiddeld elk jaar alleen maar groter. Ondanks een goede opleiding en hard werken is de toekomst van de hurende Nederlander een stuk onzekerder. Net zoals in Amerika dreigt de geboorteloterij daarmee ook in Nederland steeds meer realiteit te worden en zijn vermogende ouders op den duur de enige mogelijkheid om een huis te kunnen kopen.

Het wordt tijd dat de politiek dit gevaar erkent en ervoor zorgt dat de koopwoning geen elitegoed wordt. Met (sociaal) huren is niets mis, maar het maakt mensen niet sterker en onafhankelijker. De maatschappelijke ladder wordt er niet mee beklommen.
Het wordt tijd om werk te maken van een sociale koopwoning. Focus op de bouw van woningen tussen de 100.000 en 300.000 euro. Breng gemeenten en pensioenfondsen bij elkaar en laat ze gezamenlijk investeren in de Nederlandse middenklasse. Geef ook woningcorporaties (vroeger niet voor niets woningbouwverenigingen genoemd) de mogelijkheid om te investeren in betaalbare koopwoningen en geef ook marktpartijen die in deze categorie willen bouwen fiscale voordelen. Cliché maar waar: ‘bouwen, bouwen, bouwen’.

Wees daarnaast creatief en denk na over constructies waarbij mensen eerst de woning kunnen huren en na enkele jaren kunnen kopen. Bouw woningen waarbij overbieden taboe is, die slechts voor een vaste prijs gekocht en verkocht kunnen worden. Stimuleer samenwerking tussen gemeente en startende kopers, waarbij de gemeente de woning meefinanciert, maar de uiteindelijke winst bij verkoop wordt gedeeld.
Durf op te staan tegen de vrije markt waarbij woningen enkel als makkelijk beleggingsproduct worden gezien en tegen hoge prijzen worden doorverhuurd aan dezelfde Nederlanders die de woning hadden willen kopen.

Voorkom dat Nederland afglijdt naar een klassenmaatschappij, waarin de economische positie van je ouders bepaalt of je wel of niet een eigen woning kunt bemachtigen.
Creëer meer aanbod en zorg dat de leraar, de verpleegkundige en de wijkagent met een sociale koopwoning ook in de toekomst hun ticket naar de middenklasse kunnen bemachtigen.


Maxim Le Clercq avatar

Deel Dit ARtikel

Verder Lezen?