In Poetin schuilt het gevaar niet

Recentelijk publiceerde Jong WBS twee stukken waarin de buitenlandse politiek van de Russische president Vladimir Poetin zonder meer als gevaarlijk en onstrategisch werd bekritiseerd. In dit stuk wil ik juist het omgekeerde perspectief belichten: niet in Poetin schuilt het gevaar, maar in de politiek van West-Europa.

De hoofdlijn van het eerste stuk, ‘De bijziende beer en zijn vrienden’ (Jordy Rutten, 29 december 2014) is dat Poetin kleine slagjes zal winnen, maar uiteindelijk de oorlog zal verliezen. Daarom is het onbegrijpelijk dat er mensen zijn die in Poetin een groot strateeg zien. Het tweede stuk heet: ‘Waarom Vladimir Poetin volgens Gary Kasparov het grootste gevaar voor de wereldvrede is’ (Wouter Welling en Siavash Peykar, 31 maart 2015). Hierin geven de auteurs de inzichten van schaakkampioen Gary Kasparov weer: we moeten compromisloos en zonder nuance zijn in het afwijzen van de politiek van Poetin, “die potentieel een groter gevaar is dan Hitler”. Beide stukken hebben met elkaar gemeen dat ze het perspectief van de hoofdpersoon, Vladimir Poetin en zijn Rusland, onbelicht laten, waarmee Jong WBS aan de voorwaarden van Gary Kasparov voldaan heeft. Omdat ik dit een gemis vind voor een opiniesite met een wetenschappelijke insteek, zal ik in dit stuk bovenstaande stellingen weerleggen door aan te geven waarom de politiek van Poetin wel degelijk het algemeen belang dient, ongeacht of hij het zelf zo bedoelt.

Boeman Poetin

Wat mij opvalt aan veel berichtgeving in Westerse media, is dat het Russische beleid inzake Oekraïne vaak puur vanuit de vermeend agressieve persoonlijke aard van Poetin verklaard wordt. Niet zelden wordt deze inval vergeleken met Hitler die het Sudetenland veroverde, en Chamberlain die er niets tegen deed. De geschiedenis zou ons geleerd hebben dat we compromisloos moeten zijn ten opzichte van gestoorde machtsgeile dictators, omdat ze je hele hand nemen als je ze één vinger geeft. De visie van Kasparov sluit hierbij aan en bevat eveneens de Hitler-vergelijking. In dit geval valt er echter veel op af te dingen.

De geschiedenis kan als leerschool gebruikt worden, maar ons eerste besef zou moeten zijn dat iedere historische situatie uniek is. Hitler is sinds zijn ondergang dankbaar vergelijkingsmateriaal voor politieke tegenstanders om elkaar in een negatief daglicht te stellen. Immers, hij is voor veel mensen nog steeds het gepersonifieerde Kwaad. Wie met hem vergeleken wordt, heeft geen recht meer op een eigen perspectief. De politieke tegenstanders kleuren dat dan al voor diegene in.

De Hitler-Sudetenland-vergelijking

Zelfs Hitler had een perspectief, dat zowaar aansloot bij een groot deel van de Duitse bevolking destijds. Allereerst is het belangrijk om op te merken dat de situatie in Duitsland na de Eerste Wereldoorlog inderdaad in een aantal opzichten vergelijkbaar is met de situatie in Rusland na de Koude Oorlog. De Duitse bevolking voelde zich vernederd door het Verdrag van Versailles na de Eerste Wereldoorlog, waarbij Duitsland een substantieel deel van zijn grondgebied verloor en aan enorme herstelbetalingen moest voldoen. Daar kwam ook nog een economische crisis bovenop. Ook in Rusland is er veel ressentiment over en weinig acceptatie van het grote gebiedsverlies en de economische situatie na de privatiseringen onder oud-president Boris Jeltsin, waardoor het buitenland ongehoorde invloed kon krijgen. Is Poetin de wreker van Rusland zoals Hitler de wreker van Duitsland was? De vergelijking gaat tot op zekere hoogte op. Uiteindelijk zegt een vergelijking op structureel niveau en zelfs op het niveau vanuit zijn politieke rol nog niet zoveel over de behoefte om een destructieve wereldoorlog te ontketenen (en miljoenen mensen naar de gaskamers te transporteren), wat in mijn ogen problematisch is aan deze vergelijking.

Een structurele en politieke vergelijking tussen Hitler-Duitsland en Poetin-Rusland doet namelijk geen recht aan de individuele factoren die het verloop van de geschiedenis bepalen. Was het verkeerd van Chamberlain om zich in te leven in het perspectief van Hitler en hem tegemoet te komen? Achteraf gezien is het natuurlijk makkelijk oordelen. Hitler was, zo blijkt achteraf, een narcist die murder-suicide pleegde met het vliegtuig dat Duitsland heet. Maar is Poetin hetzelfde van plan met Rusland?

Wie de belevingswereld van Hitler vergelijkt met Poetin, ziet weinig overeenkomsten. Mein Kampf staat bol van apocalyptische scenario’s over rassenoorlogen. Wie Poetins redeneringen volgt ziet een visie die gestoeld is op de Mutual Assured Destruction-politiek uit de Koude Oorlog. Deze visie gaat er juist van uit dat in de geopolitiek de actoren er alles aan zullen doen om een apocalyptisch scenario te vermijden. Hierbij past inderdaad, zoals Kasparov zegt, blufpoker. Poetin staat in dezelfde traditie als de Sovjetunie, waarin Rusland ernaar streeft een parallelle machtsorde op te bouwen met het Westen onder de paraplu van zijn nucleaire macht. Hierbij past wellicht een wapenwedloop of een Koude Oorlog, maar geen ‘hete’ Wereldoorlog die Rusland na een Apocalyps zal verliezen. De te verwachten stappen van Poetin zijn dus anders dan de genomen stappen van Hitler. De aansluiting van de Krim is in Poetins eigen retoriek geen voorbode van een grote veroveringsoorlog, zoals door veel media wordt gesuggereerd, maar een spiegelingsactie van ‘Kosovo’ en nodig om een geopolitieke balans in stand te houden door strategische gebieden in Oekraïne voor Rusland te ‘behouden’.

De strategie van Poetin: een multi-/bipolaire wereldorde of de schijn daarvan

Als Poetin al met een dictator vergeleken moet worden, is dit eerder Saddam Hoessein dan Hitler. Saddam Hoessein, met als idool de Arabische nationalist Gamal Abdel Nasser, bleek achteraf een blufpokeraar die als een Leviathan bovenop de doos van Pandora van de later ontketende krachten van IS en andere groeperingen bleek te zitten. Hij vertegenwoordigde een modernistische ‘antiwesterse’ stroming waarbij het antiwesterse element gestoeld was op een multipolair wereldbeeld, waarbij de rol van Westen teruggedrongen moet worden naar de rol van slechts één van de vele machtsblokken in de wereld. In die visie is het verkeerd dat alle internationale macht gecentreerd is bij het Westen.

Een vergelijkbare visie is de bipolaire wereldvisie die voorziet in balance of power tussen twee machtsblokken waarlangs alle conflicten opgelost worden. De internationale macht is in tweeën gedeeld, waardoor een land dat binnen het ene blok een paria is, kan overstappen naar het andere blok. Dit kan leiden tot een grotere keuzevrijheid van individuele landen. De Koude Oorlog, Castro-Cuba, Poetin, BRICS (het samenwerkingsorgaan van de niet-Westerse grootmachten Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika) en Tsipras-Griekenland passen in dit beeld. Deze visie is net als de multipolaire visie functioneel antiwesters; dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld IS dat principieel antiwesters is en een vervangende monopolaire wereldorde wil stichten. Nasser, Poetin en veel andere leiders in de niet-westerse wereld vinden niet dat de westerse cultuur verwerpelijker is dan andere culturen, maar wilden dat het Westen een toontje lager zingt omdat het te machtig is. Hiermee vertolken zij een wijdverbreide consensus in veel niet-westerse landen.

Tegenstanders van een multi-/bipolaire wereldorde

De multi- of bipolaire wereldvisie kent echter ook tegenstanders binnen de ‘perifere’ landen. Deze tegenstanders zijn te verdelen in twee groepen. Enerzijds zijn er radicalen die een alternatieve monopolaire wereld willen vormen, zoals IS in Irak of Zjirinovski in Rusland. Anderzijds zijn er prowesterse krachten die willen aansluiten bij de monopolie-positie van het Westen. Zij nemen daarbij op de koop toe dat hun land in een door het Westen gedomineerde machtsstructuur opgaat en gokken erop dat de bevolking zich daar op den duur ook mee kan identificeren.

Deze laatste groep kan uit idealisten bestaan die geloven dat het ‘balance of power‘-denken achterhaald is en humanitaire waarden de internationale politiek moeten sturen, maar ook uit realisten die willen meeliften op het succes van de winnaar. Dit laatste perspectief valt vanuit een machtsrealistisch perspectief niet te negeren en dwingt bi- en multipolaire realisten zoals Poetin tot het spelen van een blufpokerspel om zoveel mogelijk ‘winnaars’ ervan te overtuigen dat hun nagestreefde wereldorde al nagenoeg gerealiseerd is.

Nucleaire wapens zijn een geweldig instrument in de handen van bi- en multipolairisten om hun wereldbeeld te rechtvaardigen. In een wereld waarin alle landen of machtsblokken elkaar kunnen vernietigen, doet elk land of machtsblok ertoe. Is dit juist niet een ideale situatie waarin iedereen gehoord wordt?  We kennen al een VN-veiligheidsraad die op dit principe gestoeld is.

Napoleon Jong WBS

De terugkeer naar het Bonapartisme in Europa

Er waait echter een andere wind in de internationale politiek: een idealistisch paradigma, dat sinds het einde van de Koude Oorlog de boventoon voert. Dat paradigma betekent mijns inziens na tweehonderd jaar een terugkeer naar het Bonapartisme, waarin rechtvaardigheid niet bereikt wordt door checks and balances en een balance of power, zoals in de bipolaire werelden van the British Empire versus l’Empire Français en de Verenigde Staten versus de Sovjetunie, maar door verlichte staten die met het zwaard superieure westerse waarden over de wereld verspreiden, zoals Napoleon deed door met zijn veroveringen zijn Verlichting over heel Europa te verspreiden. Daarbij strandde hij, ironisch genoeg, in Rusland.

Niet alleen in de internationale politiek treden er veranderingen op die de balance of power beïnvloeden. Staten binnen de Europese Unie zijn ook getuige van een substantiële soevereiniteitsoverdracht van een nationale rechtsstaat, gestoeld op de Trias Politica, naar een supranationale federatie. In de Europese Unie heeft de controlerende macht een democratisch probleem door het ontbreken van een Europese lingua franca. En daaruit volgende de publieke ruimte die nodig is voor publieke politieke deliberatie.

Ondanks dit democratische gat wordt deze soevereiniteitsoverdracht door ‘verlichte’ technocraten doorgedrukt, hetgeen zowel de nationale als internationale politiek een Bonapartistisch tintje geeft. Ook in de binnenlandse politiek van Europese landen wordt vertrouwen in checks and balances vervangen door vertrouwen in de vanzelfsprekende vooruitgang van het verlichtingsproces. De geschiedenis leert hierover, dat deze visie niet zonder risico’s is. Is het dan niet waardevol de machtsrealistische visie van externe leiders als Poetin te erkennen naast onze Westerse ‘idealistische’ visie, in plaats van onze visie als superieur te beschouwen? Of vergt dit teveel van ons zelfreflecterende vermogen?

Conclusie: Poetin, vloek of zegen?

De conclusie die we uit bovenstaande moeten trekken is dat niet iedere leider die tegen de belangen van het Westen (dat zichzelf als baken van de Verlichting ziet) ingaat, op dezelfde manier behandeld hoeft te worden. Er zijn veel vormen van antiwesters leiderschap. Een machtsblok als de westerse wereld verstoort het evenwicht in de wereld en roept hoe dan ook tegenkrachten op die de balans willen herstellen. Sommige tegenkrachten zijn destructief, willen de westerse wereldorde als geheel afbreken en vervangen, zoals de terreurbeweging IS en groeperingen van zowel extreemlinkse als extreemrechtse zijde. Leiders die geloven in een bi- of multipolaire machtsorde, zoals Poetin, Jinping of wijlen Chávez kunnen de plaats innemen van deze destructieve krachten, wat voor het Westen minder gevaarlijk is. Dit zijn realisten die geloven in vreedzame co-existentie, al dan niet omdat ze het idee hebben dat ze ook veel te verliezen hebben. Een keerzijde van deze leiders is wel dat ze meesters moeten zijn in het creëren ‘van hun eigen werkelijkheid’. Dat gaat soms gepaard met onderdrukking of beperkte mediavrijheid. Dat keuren wij als Westen af, om voor ons begrijpelijke redenen. Het lijkt echter de enige vorm te zijn waarin in de internationale politiek geordend tegenspel geboden kan worden aan de Westerse suprematie. Momenteel prefereren de westerse leiders het echter om overal ter wereld prowesterse groeperingen aan te moedigen om in opstand te komen tegen autocratische leiders. Hierbij gaan ze ervan uit dat op termijn ieder land een democratisch gekozen regering krijgt die meewerkt aan een door het Westen gedomineerde wereldorde. Dit lijkt vooralsnog een utopie die veel risico’s met zich meebrengt.  Als men ervan uitgaat dat machtsblokken internationaal gezien op termijn altijd tegenkrachten oproepen via de balance of power, leidt het streven naar een volledig westerse wereldorde dus juist tot het oproepen van destructieve krachten die deze wereldorde volledig willen vernietigen.

De overgang van de Koude Oorlog naar The War on Terror geeft deze verandering goed weer. Met het wegvallen van de Sovjet-Unie als Nemesis voor de Westerse wereldorde, ontstond een bonte verzameling van radicalen die bereid zijn hun leven te geven voor een alternatieve wereldorde, via Al-Qaida culminerend in de apocalyptische geweldsporno van IS. Poetin, namens Rusland ditmaal met de noodzakelijke toevoeging van de  BRICS, biedt ons de kans terug te keren naar de bipolaire wereldorde. Niet het toegeven aan Poetin, maar het wegjagen van Poetin versterkt de krachten die het Westen willen vernietigen. Vooralsnog heeft de sanctiepolitiek in Rusland geleid tot hardere binnenlandse repressie en versterking van extreemrechtse pressiegroepen rond Poetin. Normalisatie van de betrekkingen kan deze ontwikkeling ongedaan maken. Poetin is niet zonder autoritaire trekjes, maar zo zijn er nog tientallen politieke leiders op de wereld. Zakelijke samenwerking met hem doet vooralsnog meer goed dan kwaad voor hem, het Westen én de Russische prowesterse oppositie.


Pieter Koning avatar

Deel Dit ARtikel

Verder Lezen?